Demarketing? Ja, Demarketing!

Geschreven door Ronald Voorn MSc

Met deze tekst, maar dan in het Engels, begon een publicatie in 1972 in de Harvard Business Review van twee van mijn marketinghelden, Philip Kotler en Sidney Levy. Zij betoogden dat marketing bedoeld was om de vraag naar producten en diensten te verhogen maar net zo goed gebruikt kon worden om de vraag te helpen verminderen. Dit kon handig zijn als er tekorten dreigden. Een jaar geleden schreef Kotler nog een blog over dit onderwerp, maar dan met nog meer voorbeelden, waarin demarketing een rol zou kunnen spelen. In deze blogpost ga ik daar iets dieper op in.

Wat is demarketing?

In 1971 omschreven Kotler en Levy demarketing als ‘dat aspect van marketing dat betrekking heeft op het ontmoedigen van klanten in het algemeen of een bepaalde klasse van klanten in het bijzonder, hetzij op tijdelijke, hetzij op permanente basis’. Zij zagen drie vormen van demarketing voor zich (dit is uiteraard slechts een samenvatting):

1.    General demarketing, als een onderneming de totale vraag wil laten dalen.

Dit kan bijvoorbeeld nodig zijn als er tijdelijke tekorten verwacht worden. Instrumenten die hierbij gebruikt kunnen worden zijn bijvoorbeeld, minder of anders adverteren, minder aan salespromotions doen, tijd per klant verminderen voor de salesforce of hun budget te verlagen, prijs verhogen en, je verwacht het niet, de kwaliteit verlagen of de inhoud verminderen, dan wel het aantal distributiepunten verlagen of zelfs het product van de markt halen.

2.    Selective demarketing, als een bepaalde groep minder vraag moet genereren.

Hier het voorbeeld van o.a. het chique hotel dat ineens heel populair wordt bij Hippies (voor de jonge lezers: dat waren vroeger mensen die geen carrière wilden maken en geen stropdas droegen en het liefst met bloemen in hun haar liepen, al dan niet hash rokend en het liefst op de dam in Amsterdam sliepen). Oplossing hier is volgens de heren dat je dan de verwachting van beschikbaarheid van kamers voor het “foute” segment klanten moet ontmoedigen. Of hen (ja het staat er echt) slechte service moet verlenen.

3.    Ostensible demarketing, doen alsof de vraag moet dalen met de bedoeling om die eigenlijk te laten stijgen.

Manieren hiervoor zijn o.a. doen alsof iets heel exclusief is, danwel zeggen dat een bepaald event of product bijna helemaal is uitverkocht (Hi Booking.com).

Fast forward naar nu

Een jaar geleden schreef Kotler opnieuw een blog over dit onderwerp, Welcome to the Age of Demarketing. Hierin noemt hij nog meer voorbeelden waarbij demarketing nodig zou kunnen zijn, zoals bij het ontmoedigen van de vraag naar “vice” producten zoals harddrugs, sigaretten, om het eten van vet voedsel te verminderen en ook om het gebruik van schaarse hulpbronnen te verminderen, zoals water, schone lucht, bepaalde vissoorten en bepaalde mineralen. Hoe dat dan te doen, daar komt hij niet aan toe. Hij haalt hier echter wel de “tragedy of the commons” bij aan. Dat iedereen teveel van een publiek goed gebruikt, om het dilemma te schetsen waar demarketing dan mee te maken krijgt want dit zou immers een beperking van onze individuele vrijheid kunnen betekenen.

Lees het hele artikel hier.

Eerder verschenen op

Do you have a strategy worthy of a brief? These three questions will tell you

Column geschreven door Mark Ritson

New research shows marketers are terrible at briefing agencies. To start putting that right, ask yourself whether your marketing strategy meets these criteria.

The IPA has been knocking around for over a century and, throughout that time, it has done incredibly important and useful work for advertising agencies. I did a couple of courses with them back in the 1990s and was always struck by their boutique professionalism, which contrasted so positively with so many big, dumb industry groups.

The IPA Effectiveness Awards have long been the high water mark, not just for advertising effectiveness, but for brand strategy in general. Long before Uncle Pete and Uncle Les were famous, the IPA provided a key platform for their work. Most importantly, the IPA’s booklets on all things from agency selection to remuneration were the ultimate industry guide for those of us finding their way back in the day.

Het hele artikel is te lezen op Marketingweek.

De donkere kant van digital marketing

Het spanningsveld zorgt ervoor dat veel digital marketeers gaan sturen op de data waar ze wél controle over hebben.

We zijn geneigd om in het vakgebied van digital marketing beslissingen vooral te baseren op cognitie, op cijfers, op denken vanuit ons hoofd. Dat zorgt ervoor dat marketeers niet altijd ‘in touch’ zijn met hoe de organisatie ‘ademt’ en reageert op effecten die komen uit de ‘donkere kant’ van digital marketing, ofwel de dingen die weliswaar niet meetbaar zijn, maar wel invloed hebben.

‘Online is alles meetbaar’, hoorde ik mezelf zeggen. En ik geloofde er ook nog eens in. Want het was een sterk argument om onze dienstverlening te verkopen aan een club die zonder blikken of blozen 10.000 euro betaalde voor een advertentie in de NRC. En ze hadden geen enig idee of dat bijdroeg aan het doel van de advertentie. Marketing leek meer een prestigekwestie, dan dat het daadwerkelijk iets op moest leveren. Leek het. Brrrr.

Tegenwoordig zou mijn stelligheid iets genuanceerder zijn: Online is alles meetbaar, behalve dat wat niet meetbaar is.’

Dit artikel is geschreven door Christiaan Slierendrecht en verscheen eerder op

Computer says no  

Column door Kirsten Andres RM

Ken je dat? Onlangs was ik aan het winkelen en zag een mooi vest. Maar hoe frustrerend als je hoort dat de korting pas morgen ingaat? ‘Sorry mevrouw, ik kan ‘m nu niet afrekenen, dan geeft hij de korting nog niet.’ Computer says no… Leuk hoor die automatisering, maar hoe zorg je ervoor dat je dan nog de perfecte klantervaring krijgt? 

Onlangs bleek uit Europees onderzoek over de marketingagenda 2022 dat het niet meer draait om CRM maar om CX. Customer experience management is geen IT-toepassing maar een concept, je zou bijna kunnen zeggen een bedrijfsfilosofie. En de orkestratie van cross-functionele teams en van massale personalisatie zijn daarin cruciaal. Van strategie tot implementatie. Alles draait om de ideale klantervaring. Het juiste gepersonaliseerde aanbod op het juiste moment via het juiste kanaal. Alle ‘touchpoints’ moeten kloppen. En dat is echt een grote uitdaging voor elke marketeer. Daarvoor is veel data, veel juiste conclusies uit de data, veel IT-inspanning en veel marketing automation nodig.  

Of zijn er nog andere wegen? Dankzij het vernieuwde boek ‘Invloed, de zeven geheimen van het overtuigen’ van Cialdini kreeg ik een nieuw inzicht. Het inzicht: soms kun je het beter niet goed doen. In een hotel wilde een gast gaan tennissen met haar twee jongste kinderen. Helaas waren de twee kinderrackets al in gebruik. De hotelmanager regelde dat een uur later er twee nieuwe rackets gekocht waren en bij de gast werden afgeleverd. Als er al twee rackets hadden gelegen bij de receptie, dan was dit de ‘naadloze’ klantervaring geweest. Maar de reactie op het ‘foutje’ zorgt ervoor dat het ervaren wordt als een gepersonaliseerde dienst. Deze extra moeite wordt als bijzonder ervaren en die levert speciale dankbaarheid en loyaliteit op. Cialdini omschrijft het mooi: vrij van problemen voelt voor mensen anders aan dan bevrijd van problemen.  

En voor de geïnteresseerden, ook mijn aankoop heeft toch ook nog een happy end gekregen! De computer zei dan wel nee, er was gelukkig een klantvriendelijke verkoopster met creativiteit. Ze liet me cash betalen en sloeg de aankoop pas een dag later aan op de kassa. Zo, toch mijn vest die dag gekocht en met de korting. Ik wist het al, mensen maken het verschil en zorgen voor de beste klantervaring.  

Zeven argumenten tegen flitsbezorging

‘Ammehoela met je “Het leven moet snel en frictieloos zijn’

Hier op Marketingfacts houden we het doorgaans graag bij de feiten, onderzoek, facts en figures en af en toe wat trends en goed gefundeerde opinie. Over flitsbezorging hadden we hier vanuit MeMo2 al heel wat feiten, maar je leest de afgelopen maanden ook heel veel opinie, die best wel alle kanten op schiet. Tijd voor wat orde in de chaos. In dit artikel: heel wat tegenargumenten op een rijtje over een prachtig marketingonderwerp.

Meerdelige reeks: Onderzoek over wie/wat/waar/hoeveel

In de meerdelige reeks (we verwachten binnenkort deel 3) van Christian Manuputty van MeMo2 schotelden we je al heel wat feiten en cijfers voor over flitsbezorging. Lees hier deel 1 en hier deel 2. Super interessant, maar weinig ruimte voor ethische of maatschappelijke kwesties. Hoeft ook niet. Je vindt ze hieronder, veel meningen, krantenartikelen, links, verzameld in een top 10 van alleen tegenargumenten dit keer.

Dit artikel is geschreven door Matthijs van den Broek en verscheen eerder op

Levenslang leren…moet dat écht?

Jouw rol als marketeer, is dat je de blik van buiten naar binnen brengt en dat je er ook tijd in stopt om te blijven luisteren naar de markt.

We kunnen er omheen draaien, maar ‘marketing’ heeft geen best imago. En dat heeft álles te maken met onze kennis en competenties, met opleiding en de erkenning dat ons vak permanente educatie vereist. Met alle ontwikkelingen in het vak zit nieuwsgierigheid in ons DNA en wíllen we van nature wel nieuwe dingen leren. Dat is voor marketeers geen extraatje, dat is noodzakelijk.

Ik hoor het je denken: het is logisch dat ik vanuit het NIMA dit artikel schrijf. Deze slager keurt zijn eigen vlees. Klopt. Want de kop hierboven geeft precies aan waar NIMA voor staat: elke professional in het vak een stapje verder brengen in zijn of haar kennis en ontwikkeling. Als je de NIMA-website bezoekt zie je dat ook terug: de opleidingen die we aanbieden, een heleboel praktijkgerichte masterclasses en de NIMA-communities. Het zou ook raar zijn als dat niet zo was; practice what you preach. Maar het is geen commerciële boodschap die ik hier breng. Ik maak me zorgen over het feit dat marketing geen goed imago heeft.

En wat dat met je leven lang leren te maken heeft? Heel veel. Marketeers weten natuurlijk dat ze bij moet blijven. Maar zeg eens eerlijk? Hoe serieus ben jij daarmee bezig en hoeveel tijd stop je daarin? Helaas heb ik in de praktijk gemerkt dat een leven lang leren lang bepaald niet altijd top of mind is bij marketeers. En dat baart me zorgen want dit heeft direct effect op het vak, de rol van marketing en de waarde die we toevoegen in een organisatie. En aan de maatschappij.

‘Nee. Sorry. Die kennis komt niet zomaar aanwaaien’

Je weet het: Vaak wordt maar één onderdeel van marketing ‘gezien’ en dat is die P van promotie (vaak beschouwd als de veredelde knip- en plakafdeling). Tel daarbij op dat marketing nogal gefragmenteerd is. Er zijn veel goede specialisten in marketing maar tegelijk hebben veel marketeers gewoon té weinig bagage om ook strategisch te laten zien wat we aan een organisatie kunnen toevoegen. En dan beland je al snel in het hokje van de kostenkant als marketingafdeling. Er is vaak nog zoveel werk te verzetten om te leren en denken in langetermijndoelstellingen van je organisatie. Niet alleen vanuit je specialisme maar echt integraal denken.

Het is belangrijk dat je een marketingexpertise hébt, maar je moet juist ook breed kunnen denken en de agenda van je collega’s snappen. En nee sorry, die kennis komt niet zomaar aanwaaien. Jouw rol als marketeer is dat je de blik van buiten naar binnen brengt en dat je er ook tijd in stopt om te blijven luisteren naar de markt. Dat je bij de start van een project of lancering van een product al laat zien dat je van waarde bent. En ja, hoe laat je die dan waarde zien?  Daarmee kom ik tot de crux van dit artikel want je moet wel de juiste bagage hebben. Het draait om kennen en kunnen. Dat kennen, dat start vanuit je school, je universiteit je opleiding. Maar je leercurve mag niet afvlakken als je eenmaal werkt.

In de praktijk zakt die behoefte blijkbaar toch vaak naar de achtergrond. Om moverende redenen: van budget tot tijd tot korte termijndenken (ik heb het nu niet nodig). Maar juist in de fase dat je gaat werken, wordt je ontwikkeling nog belangrijker. Het gaat naast het kennen nu ook om het kunnen: het toepassen van je kennis in de praktijk. Dat kúnnen komt pas als je werkervaring opdoet en die verrijkt met extra trainingen. En het gaat ook verder dan trainingen of cursussen of een NIMA-opleiding. Je leert juist ook van elkaar. In dat gesprek met een ander krijg je vaak dat ene inzicht dat het verschil maakt de volgende dag in je werk.

‘Met alle ontwikkelingen in het vak zit nieuwsgierigheid al in je DNA’

Barrières om te kunnen blijven leren zijn er genoeg, maar gelukkig is de behoefte om te blijven leren ook steeds aanwezig. Daarom zou ik het punt ‘permanente educatie’ eens op een andere manier willen benaderen. Onze vaardigheden en talenten zijn de basis voor ons succes maar uiteindelijk draait het om je mindset. En hoe is het gesteld met jouw eigen mindset? De inspiratie kwam van Carol Dweck die het zo goed omschrijft in haar boek Mindset waarin ze oproept om je manier van denken te veranderen om je doelen te behalen. Is je mindset statisch of is die lerend en gebaseerd op groei? Waarschijnlijk héb je als marketeer die lerende mindset, anders was je waarschijnlijk niet in dit vak terecht gekomen.

Met alle ontwikkelingen in het vak zit nieuwsgierigheid al in je DNA en wíl je van nature wel nieuwe dingen willen leren. En dat laatste is voor marketeers geen extraatje, dat is noodzakelijk. Je werk als marketeer is niet statisch. Zeker in de huidige wereld is de verandering de enige constante en dus moet je blijven leren en blijven verbeteren. Met dit artikel probeer ik jouw lerende mindset weer aan te wakkeren als dat nog niet het geval is. Want permanente educatie kost geen tijd, het levert rendement. Voor je organisatie, voor jezelf en – als je dat net als ik belangrijk vindt – voor ‘society at large‘. Omdat je met meer inspiratie je werk doet, omdat je daardoor steeds meer toevoegt aan je organisatie. Blijven leren geeft je zelfvertrouwen en maakt dat je je gewaardeerd voelt. En daar heb je elke dag plezier van. Kortom, geen kostenpost maar een onbetaalbare investering.

En daarmee kom ik terug op het punt dat ik in het begin maakte: Het mooie van je blijven ontwikkelen in je vak, is dat we het vak zo samen weer naar een hoger niveau tillen. Want willen we het imago van marketing kantelen en zorgen voor economische en maatschappelijke waarde, dan hebben goede marketeers nodig die willen blijven leren.

Meer weten over NIMA en de NIMA Masterclasses? 

Dit artikel is geschreven door Kirsten Andres en verscheen eerder op

Integer leiderschap: het juiste doen als niemand kijkt

Integriteit staat niet gelijk aan reputatie of de creatie van financiële marktwaarde. Nee, het is gestoeld op respect en begrip voor de omgeving. Reputatie kan een afgeleid effect zijn, maar geen doel op zich. Frank Peters geeft je in ‘Het juiste doen als niemand kijkt’ tips om te komen tot integer leiderschap.

Transparantie. Het is toch best wel een hypewoord. En we zien vaak wat daarvan terechtkomt (nee, nee we gaan het hier niet over de Haagse politiek hebben, het slechts noemen zegt al genoeg). En transparantie hangt aan reputatie. En als je het helemaal goed wil doen zie je in de bedrijfsreputatie de bedrijfs- en merkidentiteit terug. Maar dat is te vaak niet het geval. Hoe je dat wel voor elkaar krijgt, daar moet het boek ‘Het juiste doen als niemand kijkt’ van reputatie-expert Frank Peters richting aan geven. Hij behandelt in het boek lessen uit de ethiek en filosofie voor integer leiderschap.

Zelfde waarden en normen

Peters schrijft: “Mensen willen zich namelijk verbinden aan merken en organisaties die betekenisvol zijn, moreel correct handelen en dezelfde waarden en normen hanteren als die zijzelf voorstaan.”

Maar het hebben en vasthouden van een goede (merk)reputatie kan af en toe aardig onder druk komen te staan, niet in de laatste plaats door social media (iedereen met vingers aan zijn/haar lichaam kan reputatie maken en breken, zo lijkt het soms). Als merk ben je hier dan ook voortdurend mee bezig, schrijft Peters. En je stakeholders zijn niet alleen je aandeelhouders, maar iedereen die met je merk/bedrijf te maken heeft.

Er is een overtreffende trap en dat is leiderschap in ethiek!

Ethisch leiderschap is dus het gedrag dat je dient te vertonen om te voldoen aan de maatschappelijke normen. En er is een overtreffende trap en dat is leiderschap in ethiek!

Wat zijn de basisprincipes van effectief en ethisch leiderschap? Peters in het boek: “Bereidheid integer te handelen, verantwoordelijkheid nemen en afleggen, consistent handelen, empathie tonen, beschikken over emotionele competentie, goed kunnen luisteren, gestructureerde tegenspraak arrangeren binnen een organisatie, compassie tonen met de omgeving en ervoor open staan anderen te vergeven.”

Auping en Booking

En als je als bedrijf/merk leiderschap in ethiek vertoont, dan creëer je zelf de norm, staat in ‘Het juiste doen als niemand kijkt’. Toen ik dit las, moest ik gelijk aan Auping denken, dat in coronatijd besloot de ontvangen staatssteun terug te storten. Het merk zette een norm waar uiteindelijk ook Booking.com zich gedwongen voelde om zich aan te houden. (Helaas waren er ook bedrijven die zich er niets van aantrokken.)

Als ik een recensie schrijf, kijk ik ook altijd even wat anderen over het boek zeggen

Als ik een recensie schrijf, kijk ik ook altijd even wat anderen over het boek zeggen. Ik stuitte op eentje in Trouw afgelopen april. Het boek wordt door Fleur Jongepier door de figuurlijke papierversnipperaar geduwd.

Ik citeer Jongepier: “Nergens in het hele boek wordt het ophoepelen van leiders als vorm van integer leiderschap benoemd. Behalve door geïnterviewde Leonie Heres, die terecht het ‘aanstellen van jonge mensen’ in leiderschapsposities noemt, alsmede reverse coaching ofwel bestuurders laten coachen door jonge mensen. Enige top-idee in dit boek.

“Peters vervolgt: ‘Je bent al schuldig als je verdacht wordt. Dat liet niet alleen de coronacrisis zien, maar bijvoorbeeld ook discussies over #metoo.’ Dat was het moment dat er nog maar één bal overbleef voor deze recensie.

“Digitale schandpalen zijn problematisch, zeker. Maar als dit is wat je wilt zeggen over #metoo in een boek over moreel leiderschap, dan zakt de moed diep in de schoenen.”

Merk kapot

Tja. Ik vraag me af: wat is hier onwaar aan? Het gaat te ver om op Marketingfacts diep in dit onderwerp te duiken, maar kijk slechts eens naar het verhaal van de Amerikaanse muziekartiest Ryan Adams, die in The New York Times aan de schandpaal werd genageld als #metoo-dader. Uiteindelijk niet schuldig bevonden, maar carrière (en merk!) wel helemaal kapot. Peters bagatelliseert #Metoo niet, maar geeft slechts aan het ingewikkeld is.

Ik vroeg Frank Peters wat hij eigenlijk vindt van de Trouw-recensie.

“Ik heb geen problemen met een kritische recensie. ‘Het juiste doen als niemand kijkt’ is een boek voor vakgenoten en bestuurders en geen filosofieboek. Met mijn boek wil ik hen faciliteren en inspireren en niet louter voor het hoofd stoten of afbranden. Ik merk in de praktijk ook dat dit de manier is om bestuurders in beweging te brengen en aan het denken te zetten. De overige recensies en ontvangst in de markt van mijn boek bevestigen de waarde van die keuze.”

Mijn twee centen

Dan nu mijn twee centen: ‘Het juiste doen terwijl niemand kijkt’ is niet alleen een praktisch en nuttig boek, maar inspireert ook door de door het boek verspreide bijdragen van filosofen en wetenschappers als René ten Bos, Leonie Heres én door het sterke voorwoord van voormalig Nationale Ombudsman Alex Brenninkmeijer. Het boek helpt je richting een bruikbaar integriteitsframe.

Dit artikel is geschreven door Kari-Anne Fygi en verscheen eerder op

Strategisch denken voor marketeers (deel 1)

Julian Stevense, founder Brandgurus en kerndocent Strategische Positionering op Nyenrode, gaat exclusief voor MarketingTribune in een reeks blogs dieper in op het thema strategisch denken voor marketeers.

Er is geen vakgebied waarin we zo makkelijk strooien met de term ‘strategie’ als in de marketing en bijbehorende vakgebieden zoals media, communicatie en reclame.

We hebben strategen, consultants, planners en nog veel meer specialismen die duidelijk moeten maken dat we dagelijks met strategische vraagstukken bezig zijn. Gelukkig maar, zou je denken, want Brand Strategy is onlangs door Gartner uitgeroepen tot de belangrijkste marketingvaardigheid. Maar zijn marketeers wel echt zo strategisch?

Naast mijn rol als merkadviseur vanuit Brandgurus ben ik kerndocent Strategische Positionering op Nyenrode Business Universiteit, waar ik ook mijn opleiding bedrijfskunde heb genoten. Tijdens mijn colleges ga ik bewust op zoek naar de strategische vaardigheden van de deelnemers marketeers. Wat elke keer opnieuw opvalt is dat marketeers, mede door het onbegrip binnen de organisatie en de meetbaarheid vanuit digitale marketing, enorm gefocust zijn op het kortetermijnresultaat.

Binet & Field hebben hier de afgelopen jaren veel over gepubliceerd en geconcludeerd dat de perfecte verhouding tussen strategie en tactiek 60/40 is en dat het voor online merken zelfs richting de 75/25 gaat. We moeten als marketeer dus minder in middelen en kortetermijnresultaat gaan denken en meer vanuit langetermijnstrategie. Juist deze cruciale balans tussen korte en lange termijn is zoekgeraakt door de opkomst van vele digitale middelen en bijbehorende dashboards. Dat is ook een van de redenen dat wij vanuit Brandgurus de Masterclass Strategisch Denken hebben ontwikkeld inclusief een bijbehorend stappenplan dat ik de komende weken met jullie ga delen.

“Strategie is het realiseren van doelen door het planmatig inzetten van middelen”

Serieus

Waarom is strategisch denken zo moeilijk voor marketeers? Naast de opkomst van online marketing, waarbij we veel beter het kortetermijnresultaat van onze activiteiten kunnen meten en dus steeds meer korte termijn gedreven zijn, ligt het probleem vooral in de wijze waarop organisaties naar marketing kijken. Ons vakgebied wordt onvoldoende serieus genomen, waardoor onze strategische bijdrage ook niet serieus wordt genomen. Ik ken marketing directors die niet in het Management Team zitten, terwijl de manager klantenservice dat bijvoorbeeld wel zit. Ik ken meerdere marketing directors die voor deze functie nooit een marketingfunctie hebben bekleed of een marketingopleiding hebben genoten (hier zitten overigens wel een aantal talenten tussen moet ik eerlijk bekennen). Als organisaties zo weinig waarde hechten aan marketing dan is het verwachtingsniveau van de bijbehorende marketingstrategie minstens zo laag.

Perceptie

Tijdens ons Advanced Marketing Program op Nyenrode gaan we samen met de deelnemers in discussie over de perceptie van marketing binnen hun eigen organisatie. “Spiegeltjes en kraaltjes, de feestafdeling, de uitwerkingsafdeling van sales”, zijn veel gehoorde omschrijvingen die de toegevoegde waarde van marketing verschrikkelijk tekortdoen. Het wordt dus hoog tijd dat we hier iets aan gaan doen, er zijn voldoende slimme marketeers. Maar ze worden te vaak in een uitvoerende rol geschoven waardoor ze niet strategisch denken, maar puur tactisch: welk middel moet ik wanneer inzetten of aanleveren?

Lees het gehele artikel op Marketing Tribune